TomTom denkt er niet over om de beroemde navigatiekastjes van de hand te doen. Het bedrijf verdient er steeds minder mee en is druk doende zichzelf opnieuw uit te vinden.
Minder dan de helft van de omzet van TomTom kwam in het eerste kwartaal van 2017 uit de fameuze en eens zeer populaire navigatiesystemen. Dat was pas de eerste keer, hoewel de divisie al tijden krimpt. Over heel 2016 verkocht het bedrijf 10 procent minder van de rijhulpen.
Dan dringt de vraag zich op: moet je er als bedrijf vanaf? Op de aandeelhoudersvergadering van maandag verzekerde oprichter en topman Harrold Goddijn dat hij achter de schermen ‘voortdurend in gesprek’ is over de toekomst. Maar op dit moment is TomTom nog ‘de beste eigenaar’ en maker van de navigatiesystemen, omdat het de beste hardware, software én distributienetwerken heeft.
Dat schrijft Het Financieele Dagblad maandag.
Aandeelhouder BNP Paribas – dat 1 procent bezit – suggereerde op de aandeelhoudersvergadering dat TomTom de hardwaretak moet verkopen en alleen licenties zou moeten verlenen voor producten met haar merknaam. ‘Net als Philips doet. Zodat je als bedrijf niet met de kosten en andere rompslomp bent opgezadeld.’
TomTom heeft na een moeilijke periode zichzelf hervonden en richt zich nu op de autobranche als geheel en niet langer alleen op consumenten. De zelfrijdende auto, die zonder een perfecte en precieze kaart nergens heen rijdt, zou wel eens de redding kunnen zijn voor het bedrijf. Nu al levert TomTom software voor navigatie direct aan autofabrikanten en vlootmanagementsystemen aan andere bedrijven. Dat opent ook weer deuren naar een overname in de bredere technologie-industrie rond de zelfrijdende auto. Maar ook daarover is Goddijn muisstil.
Al met al kan TomTom wel een duwtje in de rug gebruiken, want het aandeel stijgt nauwelijks en dividend heeft Goddijn nog nooit uitbetaald aan zijn aandeelhouders. Sterker nog, vorig jaar zakte het aandeel 25 procent terwijl het bestuursteam dat jaar nog had aangemerkt als een potentieel keerpunt.